Knelis van de Rijnsloot

Knelis van de Rijnsloot
©: Kees Vernooy

Cornelis Everardus Theodorus Vernooy (1888-1957)

Een leven van uitersten.

De Wethouder C.E.Th. Vernooystraat is in Cothen bekend.  Maar wie is deze wethouder Cornelis Vernooy? Cornelis wordt op 24 september 1888 op boerderij de Meerboom aan de Tielseweg te Maurik geboren. Hij is het derde kind van Theodorus Vernooy en Johanna van de Leemkolk en wordt vernoemd naar zijn heeroom Kees van de Leemkolk die in die dagen pastoor van Hamersveld (bij Leusden) was. Zijn vader overleed op 27 januari 1890 aan longontsteking. Kort na het overlijden van haar man vertrekt de weduwe met de kinderen naar de boerderij De Rijnsloot in Cothen. Ze gaan inwonen bij de weduwe Wilhelmina Vernooy-van der Horst - de moeder van Theodorus - en de niet getrouwde broer van Theodorus, nl. Gert Vernooy. Cornelis gaat tot en met zijn 12e jaar in Cothen naar de openbare lagere school en daarna werkt hij, zoals in die tijd gebruikelijk, tot het overlijden van zijn oom Gert in het boerenbedrijf mee. Van Gert Vernooy erft Cornelis in 1912 de boerderij De Rijnsloot. Tijdens de mobilisatie van de Eerste Wereldoorlog brengt Cornelis zijn diensttijd als messbediende in de Hojelkazerne in Utrecht door. Hiervoor krijgt hij in 1926 het Mobilsatie-Herinneringskruis. Na de Eerste Wereldoorlog is hij enkele jaren penningmeester van de Nederlandse Bond van Rooms Katholieke Dienstplichtigen St. Joris. 

Op 21 november 1916 trouwt Cornelis met Anthonia Johanna Maria van Bemmel. Anthonia van Bemmel was op 28 mei 1888 als dochter van Thomas Johannes van Bemmel en Anna Maria Gerarda van Leeuwen geboren op boerderij De Vogelpoel in Wijk bij Duurstede. Uit dit huwelijk wordt op 4 september 1917 hun zoon Theo geboren. 

Liefde voor paarden

De Rijnsloot waarop Cornelis boerde, kan het beste in zijn tijd als een gemengd bedrijf getypeerd worden. Een belangrijke plaats in zijn bedrijf namen de paarden in. Hij stond bekend als een goede fokker, wat samenhangt met het feit dat hij ook een bekend hengstenboer was. Kort na de Tweede Wereldoorlog kreeg hij landelijke bekendheid met de door hem gefokte keurhengst Maarschalk die hij aan G. Top in Woudenberg verkocht had. Zijn grote kennis van paarden had ook tot gevolg dat hij dikwijls als keurmeester of jurylid bij paardenkeuringen en concoursen optrad.

Maatschappelijke betrokkenheid

De maatschappelijke betrokkenheid van Cornelis Vernooy kan o.a. toegeschreven worden aan de positie die de grote boeren in het Kromme Rijngebied tot in het midden jaren vijftig van de vorige eeuw in het maatschappelijk leven innamen. Na het huwelijk stopten ze met werken en waren daardoor dikwijls actief in gemeenteraden en in boerenorganisaties. In dat kader moeten ook de vele functies die Cornelis bekleedde, gezien worden. Zo was hij, in willekeurige volgorde weergegeven langdurig gemeenteraadslid (bijna 45 jaar!), wethouder en locoburgemeester van de gemeente Cothen. In 1910 werd Cornelis op 22-jarige leeftijd lid van de gemeenteraad van Cothen en op enkele jaren onderbreking na bleef hij tot zijn dood lid van de gemeenteraad. Na de oorlog maakte hij ook deel uit van de zogenaamde Noodraad van Cothen.

Bekijken we de lijst van functies, dan zien we dat Vernooy zowel plaatselijke, regionale als landelijke functies vervulde. Het is dan ook niet vreemd dat Cornelis een bekendheid genoot die zich tot ver buiten de grens van de gemeente Cothen uitstrekte. Zo was hij medeoprichter en bestuurslid van de fruitveiling ‘Wijk bij Duurstede en omstreken’, bestuurslid van de Fok- en controlevereniging, voorzitter van het Wit-Gele Kruis, de laatste katholieke voorzitter van het liberale Utrechts Landbouw Genootschap (ULG), bestuurslid van de landbouwcoöperatie Veelust in Wijk bij Duurstede, mede-initiatiefnemer in 1922, van één van de eerste busondernemingen in het Kromme Rijngebied (WABO),  medeoprichter en bestuurslid van de Coöperatieve fruitkoelcellen in Wijk bij Duurstede, Hoogheemraad van het waterschap Lekdijk Bovendams, Heemraad van het waterschap ‘het Gemene land van Cothen’, maakte deel uit van de raad van commissarissen van de Stichtse Olie- en Lijnkoekenfabriek (SOL) te Utrecht, bestuurslid en voorzitter van de coöperatieve brandverzekering,  secretaris van de Cothense Raiffeisenbank, beschermheer van de Cothense voetbalvereniging Fortissimo, bestuurslid van de VLN (Vereniging Landbouwtuigpaard Nederland).

Cornelis Vernooy kan niet zomaar gezien worden als een vertegenwoordiger van het sterk behoudende katholieke boerenestablishment van zijn tijd. Zo was hij de eerste Cothenaar die een motor aanschafte, nl. een Douglas. Begin jaren vijftig reed hij enige tijd op een bromfiets - een Mosquito - rond. Opvallend was ook zijn kenmerkende verschijning in het openbare leven: een driedelig pak met een Engelse bolhoed op zijn hoofd; een boerenkiel en een pet droeg hij nooit. Het beste kan Cornelis getypeerd worden als een sociaal-liberale boer. Het sociale blijkt uit zijn betrokkenheid bij het wel en wee van de Cothense gemeenschap en vooral bij mensen aan de onderkant van de samenleving. Zijn liberale instelling komt naar voren uit het open staan voor kansen en ontwikkelingen, maar ook uit het feit dat hij moeite had om te leven binnen de katholieke zuil. Hij had grote moeite met het feit dat hij onder druk van de katholieke kerk zijn lidmaatschap en voorzitterschap van de plaatselijke afdeling van het liberale ULG (Utrechts Landbouw Genootschap) moest opgeven. Hij onderhield namelijk zowel met katholieke als protestante boeren vriendschappelijke relaties en hield niet van een verzuilde hokjesmentaliteit. Verder behoorden ook middenstanders en intellectuelen tot zijn vriendenkring. Zijn liberale opstelling blijkt ook als hij onder protest van collega-boeren grond beschikbaar stelt om in september 1929 de oprichting van de Cothense voetbalvereniging Fortissimo mogelijk te maken. Overigens had hij aan het beschikbaar stellen van een voetbalveld wel een bepaling verbonden. Zijn koeien mochten de hele week op het voetbalveld lopen, behalve op de uren dat er getraind of gevoetbald moest worden! 

Na een zware beroerte in het najaar van 1956 overlijdt Cornelis op 16 januari 1957 in het Antoniusziekenhuis in Utrecht. Zijn ziekbed had zelfs tot gevolg, dat er vanwege trombose een been geamputeerd moest worden. 

Cornelis is in Cothen begraven op de katholieke begraafplaats aan de Kerkweg. Enkele jaren na zijn dood besluit de gemeenteraad van Cothen een straat naar hem te vernoemen. Dit wordt de wethouder C.E.Th. Vernooystraat. 

Datering

Jaar: 1910

Colofon

Auteur: Kees Vernooy

Literatuur:

- In de Strengen, januari 1957

- Wijkse Courant, januari 1957

- Het Centrum, januari 1957

- Utrechts Nieuwsblad, januari 1957

- Van der Eerden-Vonk e.a. (2000). Wijk bij Duurstede 700 jaar stad. Hilversum: Verloren.

 

Foto`s: Kees Vernooy

[1] B&W Cothen vóór de 2e wereldoorlog

[2] Cornelis Vernooy (1888-1957)

[3] Knelis Vernooy op het dorpsfeest 1950

[4] Boerderij de Rijnsloot Groenewoudseweg 2 Cothen (Fotograaf Chris de Gier)

© Tekst: Kees Vernooy © Foto voorblad: Kees Vernooy

Gerelateerde informatie


Foto’s





Reageren

Via onderstaand formulier kunt u een reactie achterlaten voor de auteur of de eigenaar van het item. (Dorpscanon Krommerijngebied)